Distributie


Overzicht

Deze sectie beschrijft methoden die beschikbaar zijn voor de installatie van ASF op één computer en de distributie van ASF naar meerdere computers in het netwerk. Wanneer ASF eenmaal is geïnstalleerd, zijn er vele hulpmiddelen beschikbaar voor het configureren van de clientcomputers. De volgende twee scripts kunnen u helpen bij het configureren van ASF op de clientcomputers.

Opmerking: De scriptparameters moeten worden aangepast aan uw netwerk en configuratie.

Agent installeren in stille modus

U kunt een complete en een aangepaste installatie uitvoeren in de stille modus.

Opmerking: Als u opdrachten typt, moet u spaties precies zo invoeren als in de voorbeelden die in deze sectie worden getoond.

Een complete installatie uitvoeren in stille modus

Met de volgende opdrachtregel wordt een stille installatie zonder toezicht uitgevoerd. Intel® Pro Alerting Agent en alle componenten worden geïnstalleerd in de standaarddirectory: 

setup.exe /qn
                  [SMARTINSTALL=<SmartInstLevel>]
                  [INSTGUI=<GuiInstLevel>]
                  [/Lv "asfmsi.log}

waarbij setup.exe het uitvoerbare installatiebestand voor Intel PRO Alerting Agent is.

Optie Parameters Betekenis
/I Pakket/Productcode Installeert of configureert een product
/q n Geen gebruikersinterface
/L v Logbestand Uitgebreide uitvoer naar logbestand
SMARTINSTALL <SmartInstLevel> 0 = ASF Agent installeren zonder compatibiliteit met BIOS en aanwezigheid van adapter te controleren.
1 = ASF Agent alleen installeren als het BIOS ASF ondersteunt en de machine ten minste één adapter heeft waarop ASF is ingeschakeld.
2 = ASF Agent alleen installeren als het BIOS ASF ondersteunt.
INSTGUI <GuiInstLevel> 0 = GUI-toepassing niet installeren.
1 = GUI installeren

Een aangepaste installatie uitvoeren in stille modus

Als u zelf een installatiedirectory wilt opgeven, wijzigt u de opdrachtregel als volgt:

setup.exe /qn INSTALLDIR="<bestemming>"

waarbij <bestemming> de speciale directory is en INSTALLDIR in hoofdletters moet staan. 

Bijvoorbeeld: met de volgende opdrachtregel wordt de Agent in stille modus geïnstalleerd in de directory c:\bestemming:

setup.exe /qn INSTALLDIR="c:\bestemming dir"


Beheerdersinstallatie

Voor voorzieningen voor de distributie van software, zoals die in LanDesk* Management Suite of TNG UniCenter van Computer Associates*, moeten de installatiebestanden beschikbaar zijn op een vaste locatie. Aangezien het installatieprogramma van Intel PRO Alerting Agent gebruik maakt van de Microsoft-installatietechnologie, moet u een beheerdersinstallatie uitvoeren. Dat is een proces waarmee alle bestanden in het installatiepakket worden gedecomprimeerd en beschikbaar gemaakt in een speciale netwerkshare. Voor meer informatie over beheerdersinstallaties gaat u naar de documentatie over Microsoft Installer op www.microsoft.com.

Hieronder ziet u een opdrachtregel waarmee de Agent-software in stille modus wordt geïnstalleerd in een netwerkshare.

setup.exe /a <Netwerklocatie>\ASFAgent.msi /qn

U kunt het serverimage gebruiken om de Agent met gebruikmaking van een aanmeldingsscript, Microsoft Windows* 2000-systeembeleid of andere methoden te distribueren naar de clientcomputers in het netwerk. Bijvoorbeeld: met de volgende opdrachtregel wordt de Agent in stille modus geïnstalleerd met gebruikmaking van het serverimage:

setup.exe /i <Netwerklocatie>\ASFAgent.msi /qn

waarbij <Netwerklocatie> staat voor het pad naar het serverimage.

Opmerking: Voor meer informatie over het gebruik van een serverimage om Intel PRO Alerting Agent te distribueren raadpleegt u de documentatie bij de toepassing die u gebruikt voor de distributie.

Agent verwijderen in stille modus

U kunt Intel PRO Alerting Agent vanaf de opdrachtregel verwijderen in stille modus, zonder gebruikmaking van het installatieprogramma.

Als u de Agent in stille modus wilt verwijderen zonder het installatieprogramma te gebruiken, voert u de volgende opdracht uit:

setup.exe /X "ASFAgent.msi" /qn [/Lv "asfmsi.log"]

Optie Parameters Betekenis
/X Pakket/Productcode Verwijdert een product
/q n Geen gebruikersinterface
/L v Logbestand Uitgebreide uitvoer naar logbestand


Laatst gewijzigd op 20-09-06 11:06 Revisie 11