Terug naar inhoudsopgave

Werken met de software van Intel PROSet/Wireless: Gebruikershandleiding Intel(R) PRO/Wireless 2915ABG-netwerkverbinding



Intel(R) PROSet/Wireless gebruiken voor het beheer van draadloze verbindingen.

Intel(R) PROSet/Wireless kan worden gebruikt voor het configureren, bewerken en beheren van netwerkprofielen waarmee verbindingen met netwerken tot stand worden gebracht. Tevens heeft u de beschikking over geavanceerde instellingen voor energiebeheer en kunt u het kanaal selecteren bij het instellen van ad-hocnetwerken.

Als u Windows XP gebruikt voor het beheer van de draadloze verbindingen, kunt u de XP-voorziening uitschakelen op het tabblad Draadloos netwerk. Ga als volgt te werk om de Windows XP-voorziening uit te schakelen:

  1. Dubbelklik op het pictogram van Intel(R) PROSet/Wireless op de taakbalk of klik op Start àInstellingen àConfiguratiescherm en dubbelklik op Netwerkverbindingen.
  2. Klik met de rechtermuisknop op de draadloze netwerkverbinding en klik vervolgens op Eigenschappen.
  3. Klik in het dialoogvenster Eigenschappen voor draadloze netwerkverbinding op de tab Draadloze netwerken.
  4. Verifieer dat het selectievakje Draadloos netwerk automatisch configureren niet is ingeschakeld. Als het selectievakje is ingeschakeld, schakelt u dit nu uit.
  5. Klik op OK. Op deze manier weet u zeker dat Intel PROSet/Wireless is geconfigureerd voor het beheer van uw netwerkprofielen.

Opmerking:

Controleer of in de Toepassingsinstellingen de optie Mij waarschuwen als een andere toepassing het draadloze apparaat gebruikt is ingeschakeld. Als deze optie ingeschakeld is, wordt een waarschuwing weergegeven wanneer Windows XP de netwerkprofielen wil gaan beheren.

 

Intel PROSet/Wireless starten

U kunt Intel PROSet/Wireless starten vanaf het pictogram op de taakbalk, met de knop Start van Windows of vanuit het Configuratiescherm van Windows.

Start Intel PROSet/Wireless op een van de volgende manieren:

Intel PROSet/Wireless afsluiten:


Intel PROSet/Wireless starten vanaf de taakbalk

Om Intel PROSet/Wireless te starten, dubbelklikt u op het taakbalkpictogram rechtsonder het Windows-bureaublad of klikt u met de rechtermuisknop op het taakbalkpictogram en klikt u vervolgens op Intel PROSet/Wireless openen.

Intel PROSet/Wireless afsluiten

Om Intel PROSet/Wireless af te sluiten en het taakbalkpictogram te verbergen, klikt u met de rechtermuisknop op het taakbalkpictogram en klikt u vervolgens op Pictogram verbergen in het menu.

Intel PROSet/Wireless sluiten


Menuopties op de taakbalk

Het taakbalkpictogram van Intel PROSet/Wireless wordt rechts onderin het Windows-bureaublad weergegeven. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram om de menuopties weer te geven. Intel PROSet/Wireless kan meerdere adapters ondersteunen. Deze draadloze adapters worden vermeld in het menu van het pictogram op de taakbalk.  

Menu-item

Opmerkingen

Intel PROSet/Wireless openen

Dubbelklik op deze optie om Intel PROSet/Wireless te openen.

Draadloze communicatie aan

Hiermee schakelt u de draadloze radio in.

Draadloze communicatie uit

Hiermee schakelt u de radio uit.

Verbinding maken met profiel

Hiermee worden de huidige profielen in de profiellijst weergegeven. Een profiel kan ook worden geactiveerd.

Microsoft-client gebruiken


Intel PROSet/Wireless gebruiken

Hiermee schakelt u tussen Intel PROSet/Wireless en Windows XP Wireless Zero Configuration Service. Wanneer u de Microsoft-client gebruikt, kunt u de Intel-profielen niet gebruiken.

Pictogram verbergen

Het pictogram van Intel PROSet/Wireless verwijderen van de taakbalk. Zie Toepassingsinstellingen voor informatie over weergeven en verbergen van het taakbalkpictogram.

 


Pictogrammen op de taakbalk

Het pictogram op de taakbalk geeft een visuele aanwijzing voor de status van de draadloze verbinding. Het statuspictogram staat rechtsonder het Windows-bureaublad. Het taakbalkpictogram kan worden weergegeven en verborgen via Toepassingsinstellingen in het menu Extra.

Pictogram

Omschrijving

Draadloze communicatie uitgeschakeld: De draadloze adapter is uitgeschakeld. Het draadloze apparaat verzendt of ontvangt geen gegevens zolang het is uitgeschakeld. Klik op de knop Draadloze communicatie aan/uit om de adapter in te schakelen. Het pictogram is wit en statisch.

Bezig met zoeken naar draadloze netwerken in de buurt: De draadloze adapter zoekt naar beschikbare draadloze netwerken. Wit geanimeerd pictogram.

Geen draadloze netwerken gevonden: Er zijn geen beschikbare draadloze netwerken gevonden. Intel PROSet/Wireless scant periodiek op beschikbare netwerken. Als u direct wilt scannen op beschikbare netwerken, dubbelklikt u op het pictogram om Intel PROSet/Wireless te starten en klikt u dan op Vernieuwen. Rood pictogram.

Draadloos netwerk gevonden: Er is een beschikbaar draadloos netwerk gevonden. Dubbelklik op het pictogram om de lijst Beschikbare netwerken weer te geven, selecteer het netwerk en klik op Configureren.  Geel pictogram.

Verificatie mislukt. Er is een fout opgetreden bij de verificatie. Groen pictogram met een gele gevarendriehoek

Verbonden met een draadloos netwerk: Er is een verbinding tot stand gebracht met een draadloos netwerk. In een tooltip worden de netwerknaam, snelheid en signaalkwaliteit weergegeven.

Het groene pictogram met de golven geeft de signaalkwaliteit aan. Hoe meer golven, hoe beter de signaalkwaliteit.

Opmerking: Als u Windows* XP gebruikt voor het beheer van de draadloze verbindingen, is het pictogram op de taakbalk wit. Daarmee wordt niet de status van de verbinding aangegeven. U kunt nog steeds op het pictogram klikken om het menu te openen.


Tooltips en ballonaanwijzingen

De tooltips en ballonaanwijzingen zorgen voor feedback en interactie. Om de tooltips en ballonaanwijzingen weer te geven, beweegt u de muiswijzer over het pictogram. Er worden ballonaanwijzingen weergegeven wanneer de status van het draadloze netwerk wijzigt. Bijvoorbeeld: als u buiten het bereik van een van de draadloze netwerken bent en vervolgens in het bereik komt, wordt een ballonaanwijzing weergegeven. De voorziening voor ballonaanwijzingen kan worden in- en uitgeschakeld in de Toepassingsinstellingen.

Tooltips

De tooltips worden weergegeven wanneer de muiswijzer over het pictogram beweegt. Met de tooltips wordt informatie over de status van de verbinding weergegeven.

Tooltip:

"Verbonden met een draadloos netwerk"

Naam draadloos netwerk: Mijnnetwerk
Snelheid: 54 Mbps
Signaalsterkte: Zeer goed

 

Ballonaanwijzingen

Als interventie van de gebruiker nodig is, wordt een ballonaanwijzing weergegeven. Als u op de aanwijzing klikt, wordt de bijbehorende actie uitgevoerd. Bijvoorbeeld: als draadloze netwerken worden gedetecteerd, wordt de volgende ballonaanwijzing weergegeven:

Ballonaanwijzing

"Draadloze netwerken gevonden"

Actie:
Dubbelklik op de ballonaanwijzing om verbinding te maken met het beschikbare netwerk.


Hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless

Het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless bevat informatie over de verbinding. Als u verbonden bent met een netwerk, ziet u informatie als SSID, profielnaam, snelheid en instellingen voor het toegangspunt, zoals de 802.11-band, het kanaal en de beveiligingsmodus. In de sectie over de signaalkwaliteit wordt informatie gegeven over de kwaliteit van het draadloze signaal. Klik op de knop Details om detailparameters voor het toegangspunt en de netwerkadapter weer te geven. 

U kunt Intel PROSet/Wireless gebruiken voor het volgende:


Pictogrammen voor verbindingsstatus

In het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless worden pictogrammen voor de verbindingsstatus weergegeven die de status van de huidige verbinding van de draadloze adapter aangeven. De verbindingsstatus wordt ook aangegeven door het taakbalkpictogram. Zie Pictogrammen op de taakbalk voor meer informatie.

Beschrijving van de pictogrammen voor de verbindingsstatus

Pictogram

Omschrijving

Draadloze communicatie uitgeschakeld: De draadloze adapter is niet gekoppeld aan een netwerk. Klik op de knop Draadloze communicatie aan om de adapter in te schakelen.

Bezig met zoeken naar draadloze netwerken in de buurt: De draadloze adapter scant naar beschikbare draadloze netwerken.

Geanimeerde pictogrammen:

Geen draadloze netwerken gevonden: Er zijn geen beschikbare draadloze netwerken gevonden.

Draadloos netwerk gevonden: Er is een beschikbaar draadloos netwerk gevonden. U kunt ook een verbinding tot stand brengen met de netwerken die worden vermeld in de lijst "Beschikbare netwerken".   

Verbonden met een draadloos netwerk: Er is een verbinding tot stand gebracht met een draadloos netwerk. Met de netwerknaam, snelheid en signaalkwaliteit wordt de status van de huidige verbinding aangegeven. Klik op de knop Details om gedetailleerde informatie over de netwerkverbinding weer te geven.

Niet verbonden met een draadloos netwerk: Er is geen verbinding met een draadloos netwerk.

Netwerknaam

Netwerknaam (SSID): De naam van het netwerk waarmee de adapter is verbonden. De netwerknaam (SSID) moet hetzelfde zijn als de SSID die is ingesteld op het toegangspunt (in de infrastructuurmodus wordt SSID ook wel BSSID, ESSID of Net-ID genoemd) of op de andere computers in een ad-hocnetwerk (in dat geval ook wel IBSSID genoemd).

Snelheid

Huidige transmissiesnelheid in megabits per seconde (Mbps):

  • 802.11g - 1, 2, 5,5, 6, 9, 11, 12, 18, 24, 36, 48 of 54

  • 802.11b - 1, 2, 5,5 of 11

  • 802.11a - 54, 48, 36, 24, 18, 12, 9, 6

Signaalkwaliteit

Het pictogram Signaalkwaliteit geeft de kwaliteit van het signaal aan bij het verzenden en ontvangen van pakketten tussen de draadloze adapter en het dichtstbijzijnde toegangspunt (of een andere computer in de peer-to-peer-modus). Het aantal verticale groene staven geeft de kwaliteit aan.

Waarden voor de signaalkwaliteit kunnen uiteenlopen van Uitstekend tot Buiten bereik. De volgende factoren hebben invloed op de signaalkwaliteit:

  • Naarmate de afstand toeneemt, neemt de signaalkwaliteit af. Daarnaast kan de kwaliteit van het signaal worden beïnvloed door metalen voorwerpen en betonnen muren.

  • Metalen voorwerpen kunnen signalen weerkaatsen en interferentie veroorzaken.

  • Andere elektrische apparaten kunnen voor interferentie zorgen.

Details

Hiermee kunt u informatie over de verbindingsstatus van de adapter opvragen Zie Verbindingsdetails voor meer informatie.

Draadloze communicatie uit-/inschakelen

Hiermee schakelt u de radio in en uit. Zie Radio in- of uitschakelen voor meer informatie.

Hulp?

Hiermee kunt u de Help-informatie voor deze pagina bekijken.

Sluiten

Hiermee sluit u het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless.

X

Hiermee sluit u het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless.


Verbindingsdetails

In het dialoogvenster Verbindingsdetails vindt u informatie over de huidige netwerkverbinding.

Beschrijving van het dialoogvenster Verbindingsdetails

Naam

Omschrijving

Profielnaam

Naam van het profiel. Als dit een eenmalige verbinding is, wordt <geen actief profiel> weergegeven.

Netwerknaam

De naam van het netwerk (SSID) waarmee verbinding is gemaakt.

IP-adres

IP-adres (Internet Protocol) voor de huidige verbinding.

Signaalkwaliteit

Voor de beoordeling van een RF-signaal (Radiofrequentie) zijn er twee criteria:

  • de sterkte van het signaal

  • de kwaliteit van het signaal  

De kwaliteit van het signaal wordt bepaald door een combinatie van factoren, maar is met name afhankelijk van de sterkte van het signaal en de hoeveelheid ruis die aanwezig is.  RF-ruis treedt op in de natuur en wordt opgewekt door elektrische apparaten.  Als de hoeveelheid RF-ruis hoog is en/of de sterkte van het signaal laag is, zal de kwaliteit van het signaal achteruitgaan.  Met een lagere signaalkwaliteit is het moeilijker voor de radio-ontvanger om de gegevens in het signaal te onderscheiden van de ruis.

Signaalsterkte

Voor een goede gegevensoverdracht is een adequate signaalsterkte vereist, maar de kwaliteit van het signaal is belangrijker.  Een sterk signaal van matige kwaliteit resulteert in een matige gegevensoverdracht.  Als de signaalkwaliteit laag is, onderzoekt u bronnen van ruis in de buurt, zoals interferentie van andere draadloze LAN's, andere RF-zenders, elektrische motoren of compressoren  De kwaliteit van het signaal kan ook worden beïnvloed door metalen of andere objecten in de buurt die het signaal reflecteren.

MAC-adres van adapter

Het MAC-adres (Media Access Control) van de draadloze adapter.

Band

Geeft aan welke band wordt gebruikt voor de huidige draadloze verbinding.

  • 802.11a

  • 802.11b

  • 802.11g

Ondersteunde gegevenssnelheden

Snelheden waarmee de draadloze adapter gegevens kan versturen en ontvangen. Toont de snelheid in Mbps bij de gebruikte frequentie.

  • 802.11g - 1, 2, 5,5, 6, 9, 11, 12, 18, 24, 36, 48 of 54

  • 802.11b - 1, 2, 5,5 en 11

  • 802.11a - 6, 9, 11, 12, 18, 24, 36, 48 of 54

Radiofrequentie

Geeft aan welke frequentie wordt gebruikt voor de huidige draadloze verbinding.

  • 5,260 Ghz

  • 2,457 GHz

Kanaalnummer

Hier wordt het kanaal weergegeven dat wordt gebruikt voor transmissie en ontvangst.

Netwerkverificatie

Mogelijke waarden zijn Open, Gedeeld, WPA-Enterprise, WPA-Personal, WPA2-Enterprise en WPA2-Personal. Dit is de 802.11-verificatie die is ingesteld in het huidige profiel. Zie Beveiligingsinstellingen voor meer informatie.

Gegevenscodering

Mogelijke waarden zijn Geen, WEP, CKIP, TKIP en AES-CCMP. Zie Beveiligingsinstellingen voor meer informatie.

CCX-versie

Versie van de Cisco Compatible Extensions voor deze draadloze verbinding.

CCX TPC

Energieniveaus voor Cisco Compatible Extensions.

CCX Power-niveaus

0.2, 0.4, 1.0, 6.3, 100.0 mW

MAC-adres van toegangspunt

Het MAC-adres (Media Access Control) van het toegangspunt waarmee verbinding is gemaakt.

Verplicht toegangspunt

Hier wordt "Geen" weergegeven als de optie niet is ingeschakeld. Als de optie is ingeschakeld, wordt het MAC-adres van het toegangspunt weergegeven. Met deze optie zorgt u ervoor dat de draadloze adapter een verbinding maakt met een toegangspunt met een specifiek MAC-adres (48-bits hexadecimaal getal van 12 tekens, bijvoorbeeld 00:06:25:0E:9D:84).

Sluiten

Hiermee sluit u de pagina.

Hulp?

Hiermee kunt u de Help-informatie voor deze pagina bekijken.


Profiellijst

Een profiel is een opgeslagen groep netwerkinstellingen. Profielen zijn met name handig wanneer u van het ene naar het andere draadloze netwerk gaat. Voor elk draadloos netwerk kan een ander profiel worden geconfigureerd. De profielinstellingen zijn de netwerknaam (SSID), de uitvoermodus en de beveiligingsinstellingen.

In de profiellijst worden de huidige gebruikers- en beheerdersprofielen weergegeven in de volgorde waarin ze worden toegepast. Gebruik de pijlen omhoog en omlaag om de volgorde voor de automatische toepassing van de profielen te wijzigen. De Configuratieservice maakt ook gebruik van de profiellijst om te bepalen in welke volgorde verbinding wordt gemaakt met draadloze netwerken.

Opmerking: Profielen voor verbindingen vóór de aanmelding en continue verbindingen staan bovenaan in de profiellijst. Deze profielen hebben voorrang op gebruikersprofielen. Gemeenschappelijke profielen (verbinding vóór aanmelding) kunnen vanuit de profiellijst niet worden bewerkt, maar alleen worden bekeken.  

U kunt de knop Verbinden gebruiken om met een profiel een verbinding te maken met een geselecteerd draadloos netwerk. Vanaf het hoofdscherm kunt u profielen toevoegen, bewerken en verwijderen.

Opmerking: Gebruik de optie "Automatisch importeren inschakelen" om profielen te importeren in de profiellijst. Zie Automatische profieldistributie voor meer informatie.

Profielen

Naam

Omschrijving

Profielnaam

Profielen zijn netwerkinstellingen waarmee de draadloze adapter verbinding kan maken met een netwerktoegangspunt (infrastructuurmodus) of direct met een andere computer (peer-to-peer of ad-hocmodus) . Zie Profielen instellen voor meer informatie.

Netwerknaam

Naam (SSID) van het draadloze netwerk of de andere computer.

Statuspictogrammen - De statuspictogrammen geven aan wat de status is van de verbinding van de adapter met een draadloos netwerk, welke uitvoermodus wordt gebruikt en of WEP-codering en 802.11x-verificatie zijn ingeschakeld.

De draadloze adapter is gekoppeld aan een toegangspunt of computer (ad-hocmodus). Als de 802.1x-instellingen in een profiel zijn ingeschakeld, wordt hiermee aangegeven dat de adapter is gekoppeld en geverifieerd.

De gebruikte modus is de infrastructuurmodus.   

De gebruikte modus is de ad-hocmodus.

Voor het netwerk is beveiliging middels codering ingesteld.

De band en frequentie die worden gebruikt in het draadloze netwerk.

Netwerknaam

Naam (SSID) van het draadloze netwerk of de andere computer.

Pijlen

Gebruik de pijlen om de volgorde van de profielen te wijzigen.

  • Pijl omhoog: Het geselecteerde profiel één positie hoger in de lijst met profielen plaatsen.

  • Pijl omlaag: Het geselecteerde profiel één positie lager in de lijst met profielen plaatsen.

Verbinden

Hiermee wordt het geselecteerde profiel geactiveerd en wordt een verbinding met het draadloze netwerk gemaakt.

Toevoegen

Hiermee kunt u een nieuw profiel maken met behulp van de wizard Profiel. Zie Wizard Profiel - Overzicht voor meer informatie.

Verwijderen

Een geselecteerd profiel uit de profielenlijst verwijderen. U kunt niet alle profielen verwijderen. Er moet ten minste één profiel in de lijst blijven staan. Zie Een profiel verwijderen voor meer informatie.

Eigenschappen

Hiermee kunt u de inhoud van een bestaand profiel bewerken. Als u een profiel wilt bewerken, kunt u ook in de profiellijst dubbelklikken op het profiel. Zie Een bestaand profiel bewerken voor meer informatie.


Beschikbare netwerken

De lijst Beschikbare netwerken vermeldt alle draadloze netwerken die binnen het bereik van de adapter zijn. Klik op de knop Verbinden om de wizard Profiel te starten en een profiel te maken voor het geselecteerde draadloze netwerk.

Naam

Omschrijving

De signaalsterkte van het draadloze toegangspunt of de computer (ad-hocmodus). De staven van het pictogram voor de signaalsterkte geven aan dat verbinding met het draadloze netwerk of de computer mogelijk is, maar dat de adapter nog niet is gekoppeld aan een toegangspunt of een andere computer (ad-hocmodus).

Het draadloze netwerk werkt in de infrastructuurmodus.

Het draadloze netwerk werkt in de ad-hocmodus.

Voor het draadloze netwerk wordt codering gebruikt voor de beveiliging.

De band en frequentie die worden gebruikt in het draadloze netwerk.

Netwerknaam

Naam (SSID) van het draadloze netwerk of de andere computer.

Configureren

Hiermee kunt u een verbinding maken met het geselecteerde beschikbare netwerk.

Eigenschappen

In de netwerkeigenschappen vindt u informatie over de verbindingsstatus van de draadloze adapter. Zie Netwerkeigenschappen voor meer informatie.

Vernieuwen

Hiermee kunt u de lijst van beschikbare netwerken vernieuwen Als er nieuwe netwerken binnen het bereik van de adapter zijn gekomen, wordt de lijst bijgewerkt met de nieuwe netwerknamen.  


Netwerkeigenschappen

Op deze pagina vindt u informatie over de verbindingsstatus van de draadloze adapter.

Beschrijving van het dialoogvenster Details van netwerkverbinding

Naam

Omschrijving

Netwerknaam

Hier wordt de naam van het draadloze netwerk weergegeven.

Band

Band (frequentie): De bandbreedte en frequentie die momenteel worden gebruikt. Als de bandbreedte en frequentie niet worden weergegeven, wordt de waarde Buiten bereik weergegeven. Een van de volgende waarden wordt weergegeven:
  • 802.11b, 802.11g

  • 802.11a

  • 802.11b

  • 802.11g

Uitvoermodus

Toont de huidige uitvoermodus: Infrastructuur [TP] (standaardinstelling) of Ad hoc.

Verificatieniveau

Hier wordt de verificatiemodus van het gebruikte profiel weergegeven. Een van de volgende waarden wordt weergegeven:
  • Geen: Er wordt geen codering gebruikt.

  • Gedeeld

  • WPA - Enterprise

  • WPA - Personal

  • Onbekend

Dit is de 802.11-verificatie die is ingesteld in het huidige profiel. Hier wordt aangegeven welk 802.1x-verificatiealgoritme wordt gebruikt: MD5, LEAP, TLS, TTLS of PEAP. Zie Beveiligingsinstellingen voor meer informatie.

Gegevenscodering

Een van de volgende waarden wordt weergegeven: Ja, Normaal (open of gedeelde modus), WPA of WPA-PSK. Zie Beveiligingsinstellingen voor meer informatie.

Toegangspunten in dit netwerk <0-50>

  • Signaalkwaliteit: Het pictogram Signaalkwaliteit geeft in procentuele waarden de sterkte van het signaal aan bij het verzenden en ontvangen van pakketten tussen de draadloze adapter en het dichtstbijzijnde toegangspunt.

U kunt dus zien hoe goed de communicatie tussen de draadloze adapter en een toegangspunt of, in peer-to-peer-modus, een andere draadloze computer verloopt. Waarden voor Signaalkwaliteit kunnen uiteenlopen van Uitstekend tot Buiten bereik.

  • Toont a, b of g. Dit pictogram geeft aan welke band wordt gebruikt.
  • Kanaal: Hier wordt aangegeven welk kanaal binnen een bepaald draadloos netwerk wordt gebruikt voor het verzenden en ontvangen van gegevens.

  • BSSID (Infrastructuurmodus): Hier ziet u het twaalfcijferige MAC-adres van het toegangspunt in het geselecteerde netwerk.

Uitsluitingen beheren

Zie Uitsluitingen beheren voor meer informatie.

Sluiten

Hiermee sluit u de pagina.

Hulp?

Hiermee kunt u de Help-informatie voor deze pagina bekijken.


Menu’s

Met de opties Bestand, Extra, Profielen en Help kunt u de netwerkinstellingen configureren.

Naam

Omschrijving

Bestand

Afsluiten: Hiermee sluit u het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless.

U start Intel PROSet/Wireless als volgt:

  • Klik op Start > Programma's > Intel PROSet Wireless > Intel PROSet Wireless.

  • Klik met de rechtermuisknop op het pictogram op de taakbalk (rechts onderin) en klik op de optie Intel PROSet/Wireless openen.

  • Dubbelklik op het pictogram op de taakbalk om Intel PROSet/Wireless te openen.

Extra

Toepassingsinstellingen: Hiermee kunt u systeeminstellingen opgeven. U kunt ook op Ctrl+P drukken om toegang te krijgen tot deze instellingen. Zie Toepassingsinstellingen voor meer informatie.  

Adapterinstellingen: Hier worden de adapterinstellingen weergegeven die zijn opgegeven in Apparaatbeheer van Windows. U kunt ook op Ctrl+A drukken (in plaats van de muis gebruiken) om toegang te krijgen tot deze modus. Zie Adapterinstellingen voor meer informatie.

Microsoft*-client gebruiken: Hiermee wordt Windows XP ingeschakeld voor het beheer van de draadloze verbindingen. U kunt ook op F10 drukken om toegang te krijgen tot deze modus. Zie Microsoft-client gebruiken voor meer informatie.

Geavanceerde statistieken: Deze informatie heeft betrekking op de manier waarop de adapter communiceert met het toegangspunt. U kunt ook op Ctrl+S drukken om toegang te krijgen tot deze functie. Zie Geavanceerde statistieken voor meer informatie.

Intel(R) Wireless Troubleshooter De Troubleshooter is een toepassing die u kan helpen bij het oplossen van problemen met draadloze netwerkverbindingen. U kunt ook op Ctrl+W drukken om toegang te krijgen tot deze functie. Raadpleeg Intel(R) Wireless Troubleshooter voor meer informatie.

Hulpprogramma voor beheerders: Dit hulpprogramma kan worden gebruikt door beheerders of degene die beheerdersrechten heeft op deze computer. Deze optie wordt gebruikt om gedeelde profielen te configureren met de optie voor een verbinding vóór aanmelding of een continue verbinding. U kunt ook op Ctrl+T drukken om toegang te krijgen tot deze functie. Zie Hulpprogramma voor beheerders voor meer informatie.  

Profielen

Importeren/Exporteren: Hiermee kunt u profielen importeren in en exporteren uit de lijst met profielen. Zie Profielen importeren en exporteren voor meer informatie. U kunt ook op Ctrl+I drukken om toegang te krijgen tot deze functie.

Uitsluitingen beheren: Hiermee kunt u specifieke toegangspunten uitsluiten. Zie Uitsluitingen beheren voor meer informatie. U kunt ook op Ctrl+M drukken om toegang te krijgen tot deze functie. Zie Lijst van uitsluitingen voor meer informatie.

Help

Help bij Intel PROSet/Wireless: De on line Help (F1) starten.

Info: Hiermee wordt informatie weergegeven over het versienummer van de geïnstalleerde toepassingscomponenten.


Toepassingsinstellingen (menu Extra)

Deze instellingen bepalen hoe Intel PROSet/Wireless zich gedraagt en informatie weergeeft.

Naam

Omschrijving

Adapter

Hier wordt de naam weergegeven van de geïnstalleerde adapter die op dit moment wordt beheerd door Intel PROSet/Wireless.

Taakbalk

Toepassingspictogram weergeven op de taakbalk: Selecteer deze optie om een statuspictogram weer te geven op de taakbalk. Dit pictogram wordt weergegeven op de taakbalk van Windows (het gebied waar meldingen worden weergegeven). Schakel het selectievakje uit om geen statuspictogram weer te geven op de taakbalk. Wanneer u Pictogram verbergen selecteert in het menu van het taakbalkpictogram wordt dit selectievakje ook uitgeschakeld.

Het statuspictogram op de taakbalk voorziet in verschillende functies:

  • Visuele feedback over de status van de verbinding en de draadloze activiteiten binnen het draadloze netwerk. Voor elk soort draadloze activiteit krijgt het pictogram een andere kleur of animatie. Zie Pictogrammen op de taakbalk voor meer informatie.
  • Menu – Wanneer u op het pictogram klikt, wordt een menu weergegeven. Via dit menu kunt u verschillende taken uitvoeren. Bijvoorbeeld: de radio in- of uitschakelen of Intel PROSet/Wireless starten. Zie Menuopties op de taakbalk voor meer informatie.
  • Tooltips en ballonaanwijzingen. Zie Tooltips en ballonaanwijzingen voor meer informatie.

Meldingen

Waarschuwingsberichten weergeven: Selecteer deze optie om ballonaanwijzingen weer te geven bij het pictogram op de taakbalk. Als interventie van de gebruiker nodig is, wordt een aanwijzing weergegeven. Alleen voor belangrijke gebeurtenissen wordt een ballon weergegeven. Als de gebruiker op die ballon klikt, wordt de juiste actie ondernomen. Schakel het selectievakje uit als u niet wilt dat ballonaanwijzingen worden weergegeven. Raadpleeg Tooltips en ballonaanwijzingen voor meer informatie.

Selecteer een van de volgende opties:

  • Informatieve meldingen: Deze ballonnen geven minder belangrijke informatie. Er is geen actie vereist, maar de informatie kan helpen om het werken met het draadloze netwerk te verbeteren.

  • Informatieve meldingen weergeven: Dit selectievakje is standaard ingeschakeld. Alle ballonvensters met informatieve meldingen worden weergegeven bij het pictogram op de taakbalk. Via de ballonmeldingen wordt u meegedeeld wanneer er beschikbare netwerken binnen het bereik van uw draadloze adapter zijn. Tevens ontvangt u meldingen over het tot stand brengen en verliezen van draadloze verbindingen. Raadpleeg Tooltips en ballonaanwijzingen voor meer informatie.

  • Een lijst van beschikbare netwerken in de buurt weergeven als geen verbinding actief is: Wanneer het selectievakje Informatieve meldingen weergeven niet is ingeschakeld, kunt u dit item inschakelen. Met deze optie wordt u, ook al worden geen informatieve meldingen weergegeven, wel gewaarschuwd wanneer er beschikbare netwerken zijn terwijl de draadloze adapter geen verbinding heeft.

  • Mij waarschuwen als een andere toepassing het draadloze apparaat gebruikt: Als dit selectievakje is ingeschakeld, wordt een dialoogvenster weergegeven wanneer een andere toepassing probeert het beheer van de draadloze adapter over te nemen. Dit is met name handig als u software gebruikt die is geleverd via een hotspot (café, vliegveld). Als u de voorzieningen van Intel PROSet/Wireless wilt gebruiken, moet u deze software uitschakelen wanneer u de hotspot verlaat.

Voor meer informatie over het gebruik van de bovenstaande opties kunt u het onderwerp Configuratieservice raadplegen.

Automatisch verbinding maken

Alleen via profielen verbinding maken met beschikbare netwerken: (standaard) De draadloze adapter wordt alleen verbonden met een beschikbaar netwerk met behulp van een profiel uit de profiellijst. Als er geen bijpassend profiel wordt gevonden, wordt een melding weergegeven (zie Meldingen). Het draadloze apparaat blijft zonder verbinding totdat een bijpassend profiel wordt gevonden of totdat u een nieuw profiel configureert.

Verbinden met willekeurig beschikbaar netwerk als er geen bijpassend profiel wordt gevonden: Als de draadloze adapter geen verbinding met een netwerk heeft en een draadloos netwerk wordt gedetecteerd, zal de Configuratieservice van Intel PROSet/Wireless proberen om een bijpassend profiel te vinden in de profiellijst. Als een bijpassend profiel wordt gevonden, wordt een verbinding tot stand gebracht. Als er geen bijpassend profiel wordt gevonden en een van de beschikbare netwerken niet is beveiligd, zal de Configuratieservice van Intel met deze optie verbinding maken met het onbeveiligde netwerk. Opmerking: Open netwerken kennen geen beveiliging. U moet zelf zorgen voor de beveiliging van deze draadloze verbinding. Een manier om een open draadloze verbinding te beveiligen, is het gebruik van een Virtual Private Network (VPN).

Alleen op basis van profielen verbinden met willekeurig netwerk (Cisco-modus): Deze modus ondersteunt meerdere netwerknamen en lege netwerknamen (SSID's) voor toegangspunten die Cisco Compatible Extensions ondersteunen. Selecteer deze optie om elk profiel uit te proberen in de opgegeven volgorde. De gebruiker geeft hiermee aan te weten dat hij in de buurt is van een toegangspunt dat meer dan één SSID heeft, maar er niet meer dan één adverteert.

Uitsluitingen beheren

Lijst van uitsluitingen inschakelen: Schakel dit selectievakje in om de functie voor automatische uitsluiting in te schakelen. Deze functie maakt het mogelijk om toegangspunten uit te sluiten van automatische verbindingen. Zie Uitsluitingen beheren voor meer informatie.

Lijst van handmatige uitsluitingen inschakelen: Schakel dit selectievakje in om de functie voor handmatige uitsluiting in te schakelen. Deze functie maakt het mogelijk om netwerken uit te sluiten van automatische verbindingen. Zie Uitsluitingen beheren voor meer informatie.

OK

Hiermee slaat u de instellingen op en keert u terug naar de vorige pagina.

Annuleren

Hiermee sluit u de pagina en annuleert u wijzigingen.

Hulp?

Hiermee kunt u de Help-informatie voor deze pagina bekijken.


Adapterinstellingen (menu Extra)

In het dialoogvenster Adapterinstellingen worden de eigenschappen van de Intel® PRO/Wireless 2915ABG weergegeven.

Naam

Beschrijving

Ad-hockanaal

Waarde:

802.11b/g: Selecteer deze optie wanneer u 802.11b en 802.11g (2,4 GHz) wilt gebruiken als frequentie voor de ad-hocband.

  • Selecteer een van de toegestane kanalen in de lijst.

802.11a: Selecteer deze optie wanneer u 802.11a (5 GHz) wilt gebruiken als frequentie voor de ad-hocband.

  • Selecteer een van de toegestane kanalen in de lijst.

Verzendenergie ad-hocnetwerk

Vermindering van de energie leidt tot een afname van het dekkingsgebied van de radio.

Standaardinstelling: Hoogste energie-instelling.

  • Laagste: minimale dekking. Door het energieniveau bij transmissies te regelen, kunt u het dekkingsgebied vergroten of verkleinen ten opzichte van andere draadloze apparaten die zich in de buurt bevinden. Het verkleinen van het dekkingsgebied in omgevingen met druk gegevensverkeer zorgt voor een verbetering van de transmissiekwaliteit, doordat het aantal gemiste bakens lager ligt en er minder ruis is.  

  • Hoogste: maximale dekking. Hiermee gebruikt de adapter het maximale energieniveau bij het verzenden. Selecteer deze instelling wanneer u werkt in een omgeving met veel weerkaatsing, in gebieden waarin binnen kleine afstand andere apparaten werkzaam zijn en wanneer u probeert te communiceren met mobiele computers die zich vlak bij de grens van het dekkingsgebied bevinden.

Opmerking: Deze instelling wordt toegepast bij gebruik van de infrastructuur- en de ad-hocmodus.

Intel Verbetering van de doorvoer

De waarde van de Packet Burst-besturing wijzigen.

Ingeschakeld: Selecteer deze optie om de verbetering van de doorvoer in te schakelen.

Uitgeschakeld: (standaard) Selecteer deze optie om de verbetering van de doorvoer uit te schakelen.

Bescherming gemengde modus

Gebruik deze optie om botsingen te voorkomen in omgevingen waarin zowel 11b als 11g wordt gebruikt. Gebruik RTS/CTS ingeschakeld als de clients mogelijk niet met elkaar kunnen communiceren. Gebruik CTS-naar-zelf om de doorvoer te verbeteren in omgevingen waarin clients dicht bij elkaar zijn geïnstalleerd en met elkaar kunnen communiceren.

Energiebeheer

Energiebeheer: Hiermee kunt u een evenwicht instellen tussen het energieverbruik en het prestatieniveau van de adapter. Met de schuifknop voor de energie-instellingen van de draadloze adapter kunt u een evenwicht instellen tussen de energiebron van de computer en de batterij.

Standaardwaarde gebruiken: (standaardinstelling) Energie-instellingen zijn afhankelijk van de energiebron.

Handmatig: Verplaats de schuifregelaar naar de gewenste instelling. Gebruik de laagste instelling voor een maximale levensduur van de batterij. Gebruik de hoogste instelling voor maximale prestaties.

Opmerking: Hoeveel energie wordt bespaard is afhankelijk van de instellingen van het infrastructuurnetwerk.

Voorkeursband

Selecteer de band. U kunt kiezen uit de volgende opties:
  • 802.11g

  • 802.11a

  • 802.11b

Draadloze modus

802.11a, 802.11b en 802.11g: (standaard) Hiermee kan verbinding worden gemaakt met draadloze 802.11a-, 802.11b- en 802.11g-netwerken.

Alleen 802.11g: De draadloze adapter kan alleen worden verbonden met 802.11g-netwerken.  

Alleen 802.11a en 802.11g: De draadloze adapter kan alleen worden verbonden met 802.11a-en 802.11g-netwerken.

Alleen 802.11b en 802.11g: De draadloze adapter kan alleen worden verbonden met 802.11b-en 802.11g-netwerken.

Opmerking: Met deze optie voor de draadloze modus (modulatietype) wordt bepaald welke ontdekte toegangspunten worden weergegeven in de lijst Beschikbare netwerken.

OK

Hiermee slaat u de instellingen op en keert u terug naar de vorige pagina.

Annuleren

Hiermee sluit u de pagina en annuleert u alle eventuele wijzigingen.

Hulp?

Hiermee kunt u de Help-informatie voor dit dialoogvenster bekijken.


Microsoft-client* gebruiken (menu Extra)

Windows XP Wireless Zero Configuration is een ingebouwd hulpprogramma voor de configuratie van draadloze apparaten. Het hulpprogramma kan worden in- en uitgeschakeld in Windows XP en door op Microsoft-client gebruiken in het menu Extra te klikken. Als XP Zero Configuration ingeschakeld is, worden de voorzieningen van Intel PROSet/Wireless uitgeschakeld.

Raadpleeg Intel PROSet/Wireless Configuratieservice voor informatie over het weer inschakelen van Intel PROSet/Wireless.


Hulpprogramma voor beheerders (menu Extra)

Dit hulpprogramma kan worden gebruikt door beheerders of degene die beheerdersrechten heeft op deze computer. Met dit hulpprogramma kunnen gemeenschappelijke (gedeelde) profielen worden geconfigureerd.

Het hulpprogramma maakt het voor de beheerder ook mogelijk om beperkingen te stellen aan de controle die de gebruikers van de computer hebben over hun draadloze verbindingen.

Gebruikers kunnen beheerdersinstellingen en -profielen niet wijzigen, tenzij zij het wachtwoord voor dit hulpprogramma kennen. Daarom moet een veilig wachtwoord worden gekozen dat niet gemakkelijk kan worden geraden.

U kunt de beheerdersinstellingen en -profielen als één pakket exporteren naar andere computers in het netwerk.

Naam

Omschrijving

Beheerdersinstellingen

Instellingen: Hiermee kunt u instellen hoeveel controle gebruikers hebben over de draadloze netwerkverbindingen.

Beheerdersprofielen

Opties: Hiermee kunt u profielen voor continue verbindingen en verbindingen vóór de aanmelding op de computer in- en uitschakelen.

Continue verbinding: Een profiel voor een continue verbinding is actief bij het opstarten en wanneer er geen gebruiker is aangemeld bij de computer.

Verbinding vóór aanmelding/gemeenschappelijke verbinding: Een profiel voor een verbinding vóór de aanmelding is actief zodra een gebruiker zich begint aan te melden bij de computer. Als ondersteuning van Eenmalige aanmelding is geïnstalleerd, worden voor dit type profiel uw aanmeldingsnaam en wachtwoord voor Windows gebruikt. Profielen voor verbindingen vóór de aanmelding staan bovenaan in de profiellijst. Aangezien ze bovenaan staan in de lijst, wordt de bijbehorende verbinding als eerste tot stand gebracht.

Intel profielschakeling uitschakelen. Gebruikers kunnen alleen verbinding maken met het eerste profiel vóór aanmelding/gemeenschappelijke profiel: Het uitschakelen van de profielschakeling heeft alleen betrekking op profielen voor verbindingen vóór de aanmelding.

Toevoegen: De wizard Profiel starten om een profiel te maken.

Verwijderen: Een geselecteerd profiel verwijderen uit de profiellijst.

Eigenschappen: De inhoud van het geselecteerde profiel bewerken.

Wachtwoord wijzigen

Het wachtwoord voor het hulpprogramma voor beheerders wijzigen. Zie Wachtwoord wijzigen voor meer informatie.

Exporteren

De beheerdersinstellingen en -profielen als één pakket exporteren naar andere computers in het netwerk.

Sluiten

Hiermee sluit u de pagina.

Hulp?

Hiermee kunt u de Help-informatie voor deze pagina bekijken.


Beheerdersinstellingen

Met deze instellingen kan de beheerder bepalen hoe de gebruikers van deze computer werken met hun draadloze verbinding.

Naam

Omschrijving

Referenties in cache opnemen

Referenties in cache opnemen:
  • Gebruikersreferenties opnemen in het cache-geheugen tijdens een gebruikerssessie:
    • Selectievakje ingeschakeld: Gebruikersreferenties worden opgeslagen in de cache, zodat u alleen de eerste keer om de referenties wordt gevraagd en niet elke keer wanneer u verbinding maakt of de verbinding verbreekt tijdens een Windows-sessie.

    • Selectievakje uitgeschakeld: U wordt gevraagd om referenties elke keer wanneer een draadloze verbinding tot stand wordt gebracht (via verificatie) met behulp van 802.1x-profielen waarin de optie ‘Aanmeldingsgegevens voor Windows gebruiken' of de optie ‘Bij verbinding vragen naar referenties’ is ingeschakeld.

XP-coëxistentie

De gebruiker toestaan XP Zero Configuration in te schakelen:
  • De gebruiker toestaan XP Zero Configuration in te schakelen:
    • Selectievakje ingeschakeld: Er wordt een aanwijzing weergegeven waarin wordt gemeld dat Windows XP de profielen beheert, zodat u weet dat Windows XP Zero Configuration ingeschakeld is en de draadloze adapter beheert. U wordt gevraagd om een antwoord op de volgende vraag:

Wilt u het Windows XP-beheer uitschakelen en Intel(R) PROSet de draadloze adapter laten beheren?

      • Selecteer Ja om de draadloze adapter te laten beheren door Intel(R) PROSet for Wireless.
      • Selecteer Nee om de adapter te laten beheren door Windows XP.
    • Selectievakje uitgeschakeld: Als dit selectievakje uitgeschakeld is wanneer Intel PROSet/Wireless wordt gestart, wordt u niet gewaarschuwd als Windows XP Zero Configuration wordt ingeschakeld voor het beheer van draadloze adapters.

OK

Hiermee worden de instellingen opgeslagen en de pagina gesloten.

Annuleren

Hiermee worden de instellingen geannuleerd en de pagina gesloten.

Hulp?

Hiermee kunt u de Help-informatie voor deze pagina bekijken.


Opties voor beheerdersprofiel

Met deze instellingen kunnen geavanceerde opties voor profielverbindingen worden gekozen. De beheerder kan profielen voor continue verbindingen en verbindingen vóór de aanmelding op de computer in- en uitschakelen.

Naam

Omschrijving

Continue verbinding

Continue verbinding: Een profiel voor een continue verbinding is actief bij het opstarten en wanneer er geen gebruiker is aangemeld bij de computer.

Verbinding vóór aanmelding/gemeenschappelijke verbinding

Verbinding vóór aanmelding/gemeenschappelijke verbinding: Een profiel voor een verbinding vóór de aanmelding is actief zodra een gebruiker zich begint aan te melden bij de computer. Deze profielen staan bovenaan in de profiellijst. Ze kunnen zonder wachtwoord niet worden gewijzigd door de eindgebruiker.

OK

Hiermee worden de instellingen opgeslagen en de pagina gesloten.

Annuleren

Hiermee worden de instellingen geannuleerd en de pagina gesloten.

Hulp?

Hiermee kunt u de Help-informatie voor deze pagina bekijken.


Wachtwoord wijzigen

Het hulpprogramma voor beheerders kan worden beveiligd met een wachtwoord. Standaard is er geen wachtwoord ingesteld. Wanneer een wachtwoord wordt ingesteld, kan alleen toegang worden gekregen tot de beheerdersinstellingen en beheerdersprofielen door het wachtwoord in te voeren. Beheerdersprofielen die worden weergegeven in de profiellijst, kunnen nog wel worden bekeken door op de knop Eigenschappen te klikken.

U maakt als volgt een wachtwoord:

  1. Klik in het menu Extra op de optie Hulpprogramma voor beheerders.

  2. Klik op Wachtwoord wijzigen.

  3. Typ een wachtwoord in het tekstvak Nieuw wachtwoord.

  4. Typ het nieuwe wachtwoord nogmaals in het tekstvak Wachtwoord bevestigen. Wanneer een wachtwoord wordt opgegeven, worden sterretjes in plaats van de tekens weergegeven.

  5. Klik op OK om het nieuwe wachtwoord op te slaan en de pagina te sluiten.

Ga als volgt te werk om een bestaand wachtwoord te wijzigen:

  1. Klik in het menu Extra op de optie Hulpprogramma voor beheerders.

  2. Klik op Wachtwoord wijzigen.

  3. Typ het bestaande wachtwoord in het tekstvak Oud wachtwoord.

  4. Typ het nieuwe wachtwoord in het tekstvak Nieuw wachtwoord.

  5. Typ het nieuwe wachtwoord nogmaals in het tekstvak Wachtwoord bevestigen.

  6. Klik op OK om het nieuwe wachtwoord op te slaan en de pagina te sluiten.


Geavanceerde statistieken (menu Extra)

Hiermee kunt u informatie over de huidige adapterverbinding opvragen. Hierna volgt een beschrijving van de inhoud van de pagina Geavanceerde statistieken.

Naam

Omschrijving

Statistieken

Geavanceerde statistieken - Deze informatie heeft betrekking op de manier waarop de adapter communiceert met het toegangspunt.

Koppeling - Als de adapter een toegangspunt vindt om mee te communiceren, is de waarde Binnen bereik. In andere gevallen is de waarde Buiten bereik.

  • MAC-adres van TP: Het twaalfcijferige MAC-adres (00:40:96:31:1C:05) van het toegangspunt.

  • Aantal koppelingen: Het aantal keren dat het toegangspunt de adapter heeft gevonden.

  • Aantal TP's: Het aantal beschikbare toegangspunten dat binnen het bereik van de draadloze adapter valt.

  • Aantal volledige scans: Het aantal keren dat de adapter de kanalen heeft gescand om informatie te ontvangen.

Zwerven - Deze informatie bevat tellers die samenhangen met de redenen waarom de adapter zwerft. Er is sprake van zwerven wanneer een adapter eerst communiceert met het ene toegangspunt en dan met een ander punt, vanwege de betere signaalsterkte.

  • Aantal maal gezworven: Het aantal keren dat er sprake is geweest van zwerven.
  • TP heeft niet verzonden: De adapter heeft geen radiotransmissie ontvangen van het toegangspunt. Mogelijk dient u het toegangspunt opnieuw te starten.
  • Slechte kwaliteit baken: De signaalkwaliteit is ontoereikend om te blijven communiceren met het toegangspunt. U heeft de adapter buiten het bereik van het toegangspunt geplaatst of het apparaatadres van het toegangspunt is gewijzigd.
  • Taakverdeling TP: Het toegangspunt heeft het contact met de adapter verbroken omdat het toegangspunt niet meer in staat was de communicatie met alle aangesloten adapters te onderhouden. Er proberen te veel adapters te communiceren met hetzelfde toegangspunt.
  • RSSI van TP te laag: De Relative Signal Strength Indicator (RSSI) is te laag om de koppeling met de adapter in stand te houden. Mogelijk bevindt u zich buiten het bereik van het toegangspunt of is de gegevenssnelheid van het toegangspunt verhoogd.
  • Slechte kwaliteit kanaal: De kwaliteit van het kanaal is laag en heeft ervoor gezorgd dat de adapter op zoek is gegaan naar een ander toegangspunt.
  • TP heeft mobiele computer vrijgegeven: Het toegangspunt heeft een computer uit de lijst met herkenbare mobiele apparaten geschrapt. De computer dient opnieuw verbinding te maken met een toegangspunt.

Diverse - Deze informatie helpt u bepalen of een koppeling met een ander toegangspunt de prestaties zal verbeteren en voor een zo groot mogelijke gegevenssnelheid zal zorgen.

  • Ontvangen bakens: Het aantal bakens dat de adapter heeft ontvangen.

  • Percentage gemiste bakens: Procentuele waarde voor het aantal gemiste bakens.

  • Percentage verzendfouten: Het percentage van de gegevenstransmissies met fouten.

  • RSSI: Signaalsterkte van het toegangspunt waarmee de adapter communiceert.

Statistieken verzenden/ontvangen

Hier worden procentuele waarden weergegeven voor niet-gestuurde en gestuurde pakketten.

Totaalaantal hostpakketten: Het totaalaantal gestuurde en niet-gestuurde pakketten.

    • Verzenden - (Mbps)
    • Ontvangen - (Mbps)

Niet-gestuurde pakketten: Het aantal ontvangen pakketten dat naar het draadloze netwerk als geheel is gestuurd.

Gestuurde pakketten: Het aantal ontvangen pakketten dat specifiek naar de draadloze adapter is gestuurd.

Totaalaantal bytes: Het totaalaantal bytes van pakketten die de draadloze adapter heeft ontvangen en verzonden.

Reset van statistieken

Met deze knop kunt u de statistische tellers voor de adapter op nul instellen en beginnen met nieuwe metingen van gegevens.

Sluiten

Hiermee sluit u het dialoogvenster en keert u terug naar het hoofdvenster.

Hulp?

Hiermee kunt u de Help-informatie voor deze pagina bekijken.


Intel(R) Wireless Troubleshooter (menu Extra)

De Intel(R) Wireless Troubleshooter is een toepassing die u kan helpen bij het oplossen van problemen met draadloze netwerkverbindingen. Wanneer een probleem met een verbinding wordt gedetecteerd, verschijnt rechts onderin het scherm een ballontip. Als u op de ballontip klikt, wordt met een diagnostisch bericht aangegeven welke stappen worden aangeraden voor het verhelpen van het probleem met de verbinding. Als zich, bijvoorbeeld, een probleem voordoet vanwege een ongeldig wachtwoord, wordt de wizard Profiel gestart wanneer u op de weergegeven hyperlink klikt. Vanaf deze pagina kunt u ook de Wireless Event Viewer starten en de weergave van waarschuwingen in- en uitschakelen. De Intel(R) Wireless Troubleshooter wordt ondersteund voor Windows XP en 2000.

Beschrijving van de Intel(R) Wireless Troubleshooter

De pagina van de Intel(R) Wireless Troubleshooter bestaat uit twee deelvensters. In het linkerdeelvenster wordt een lijst van beschikbare hulpmiddelen weergegeven. U kunt die starten met de linkermuisknop. In het rechterdeelvenster wordt voor het huidige verbindingsprobleem een sectie weergegeven. Elke sectie bestaat uit twee delen: het foutbericht en de tekst van de suggesties. Het foutbericht en de bijbehorende tijdstempel worden voorafgegaan door een pictogram. Het gedeelte met de suggesties bevat een beschrijving van beschikbare hulpprogramma's en Help-informatie voor het oplossen van het verbindingsprobleem. Als u op een koppeling naar Help-tekst klikt, wordt die Help-tekst weergegeven in een pop-up venster. Als u op de koppeling voor de probleemoplossing klikt, wordt een programma gestart dat het probleem zal verhelpen. U kunt vanuit het laatste deelvenster de Wireless Event Viewer starten of in- en uitschakelen.

Bestand

Afsluiten: De Intel(R) Wireless Troubleshooter afsluiten.

Help

Help bij de Intel(R) Wireless Troubleshooter: Hiermee wordt on line Help weergegeven voor de Intel(R) Wireless Troubleshooter.

Info: Hiermee wordt versie-informatie weergegeven voor de Intel(R) Wireless Troubleshooter.  

Wireless Event Viewer

Wireless Event Viewer voor draadloze verbindingen starten.

Meldingen uitschakelen

Klik hierop om de weergave van meldingen uit te schakelen.  

Meldingen inschakelen

Klik hierop om de weergave van meldingen bij detectie van een fout in te schakelen.

Beschikbare Help

Datum en tijd foutbericht
  • Beschrijving van de fout

  • Koppeling naar probleemoplossing (indien beschikbaar). Zie Fouten oplossen hieronder.

  • Koppeling naar aanbevolen stappen voor het oplossen van het probleem

 


Profielen importeren/exporteren (menu Profielen)

Met deze functie kunt u gebruikersprofielen importeren in en exporteren uit de profiellijst. Profielen voor draadloze verbindingen kunt u automatisch importeren in de profiellijst. Zie Profielen importeren en exporteren voor meer informatie.

Als u beheerdersprofielen wilt exporteren, raadpleegt u Voorkeursinstellingen van beheerder exporteren voor meer informatie.

Profielen importeren in de profiellijst

Profielen voor draadloze verbindingen kunt u automatisch importeren in de profiellijst. Hiertoe wordt de importmap op de harde schijf door Intel PROSet/Wireless gecontroleerd op nieuwe profielbestanden. Alleen profielen waarvoor Automatisch importeren inschakelen is geselecteerd op de pagina Geavanceerde instellingen, kunnen automatisch geïmporteerd worden. Als er al een profiel met dezelfde naam bestaat in de profiellijst, verschijnt er een dialoogvenster waarin u het geïmporteerde profiel kunt afwijzen of accepteren. In het laatste geval wordt het bestaande profiel vervangen. Alle geïmporteerde gebruikersprofielen worden onderaan in de profiellijst geplaatst. Het bestand met het profiel wordt onmiddellijk verwijderd na het importeren, ongeacht of het importeren is gelukt of niet. Zie Automatische profieldistributie voor meer informatie.


Profielen met een wachtwoord

Gebruikersprofielen die zijn beveiligd met een wachtwoord, kunnen automatisch worden geïmporteerd en geëxporteerd op systemen op afstand. Als een profiel is beveiligd met een wachtwoord, kan het alleen worden bewerkt, als het wachtwoord is opgegeven. Zie Een profielwachtwoord instellen voor meer informatie.

Beschrijving van Importeren / Exporteren

Naam

Omschrijving

Profielen exporteren

Selecteer de profielen die u wilt exporteren:

Selecteer één of meerdere profielen uit de lijst. Met pictogrammen wordt aangegeven of het profiel gebruik maakt van de infrastructuurmodus of de ad-hocmodus en of gebruik wordt gemaakt van beveiliging.  

Bladeren: Met deze knop kunt u de doelbestemming van de profielen op de vaste schijf zoeken. Het pad van de directory verschijnt in het vak voor de doeldirectory.

Exporteren: Hiermee start u het exporteren van de profielen.

Profielen importeren

Hier importeert u profielen in de profiellijst.

Importeren: Met deze knop zoekt u op de harde schijf naar de profielen die u wilt importeren.

OK

Hiermee slaat u de instellingen op en keert u terug naar de vorige pagina.

Annuleren

Hiermee sluit u de pagina en annuleert u alle eventuele wijzigingen.

Hulp?

Hiermee kunt u de Help-informatie voor deze pagina bekijken.

 


Uitsluitingen beheren (menu Profielen)

Wanneer u deze optie selecteert in het menu Profielen, wordt het dialoogvenster Beheer van lijst met uitsluitingen weergegeven.

BELANGRIJK: U wordt niet automatisch verbonden met een netwerk of toegangspunt dat in deze lijst staat.


Via dit dialoogvenster kunt u hele draadloze netwerken (SSID's) uitsluiten of, voor netwerken met meer dan één toegangspunt, bepaalde draadloze toegangspunten (BSSID's).

Naam

Omschrijving

Beheer van lijst met uitsluitingen

Netwerknaam: Naam (SSID) van het draadloze netwerk.

BSSID: MAC-adres van het geselecteerde toegangspunt.

Reden: Hier wordt aangegeven waarom dit item is uitgesloten van automatische verbinding.

Opmerking: Vermeldingen die grijs worden weergegeven, hebben betrekking op uitgesloten bedrieglijke toegangspunten. Deze vermeldingen kunnen niet worden verwijderd uit de lijst.

Toevoegen

Hiermee kunt u een toegangspunt toevoegen aan de lijst.

Verwijderen

Hiermee kunt u een toegangspunt verwijderen uit de lijst.

Lijst herstellen

Hiermee wordt de lijst leeg gemaakt.

Sluiten

Hiermee sluit u de pagina en worden wijzigingen opgeslagen.

Hulp?

Hiermee kunt u de Help-informatie voor deze pagina bekijken.

Draadloze communicatie uit-/inschakelen

De draadloze radio kan worden uit- en ingeschakeld met de optionele hardwareschakelaar op de computer, vanuit Intel PROSet/Wireless en vanuit Windows.

Opmerking: Als de computer aan staat, zendt de adapterradio voortdurend signalen uit. In bepaalde situaties, zoals in een vliegtuig, kunnen signalen van de radio interferentie veroorzaken. Als u de radio wilt uitschakelen zodat geen radiosignalen worden uitgezonden wanneer u op de laptopcomputer werkt, kunt u een van de volgende methoden gebruiken.

De optionele hardwareschakelaar voor de radio gebruiken

Als op uw computer een externe schakelaar is geïnstalleerd, kunt u hiermee de radio in- of uitschakelen. Raadpleeg de documentatie van de leverancier van uw computer voor meer informatie over de schakelaar. Als Intel PROSet/Wireless is geïnstalleerd, wordt de huidige status van de radio weergegeven in het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless en op de Taakbalk.

Intel PROSet/Wireless gebruiken om de radio in of uit te schakelen

In de toepassing Intel PROSet/Wireless kunt u de radio in- of uitschakelen. Met het statuspictogram in Intel PROSet/Wireless wordt de huidige status van de radio aangegeven.

Klik in het hoofdvenster van Intel PROSet/Wireless op Draadloze communicatie uit/aan om de radio uit of in te schakelen.

De radio in- of uitschakelen vanaf het pictogram op de taakbalk

Om de radio in of uit te schakelen, klikt u op het pictogram op de taakbalk en selecteert u Draadloze communicatie uit (aan).

De radio uitschakelen met Apparaatbeheer

U kunt de radio uitschakelen met Apparaatbeheer van Windows.

 

Windows XP en 2000

  1. Klik met de rechtermuisknop op het bureaublad op Deze computer en kies Eigenschappen.

  2. Klik op de tab Hardware.

  3. Klik op Apparaatbeheer.

  4. Dubbelklik op Netwerkadapters.

  5. Klik met de rechtermuisknop op de geïnstalleerde draadloze adapter die u gebruikt.

  6. Kies in het snelmenu de optie Uitschakelen.

  7. Klik op OK.


De software installeren en verwijderen

De Intel(R) Wireless Troubleshooter, Intel Smart Wireless Solutions, de voorziening Eenmalige aanmelding en het Hulpprogramma voor beheerders worden niet geïnstalleerd wanneer tijdens de installatie de optie Standaard wordt gekozen. Als u deze voorzieningen wilt installeren, gebruikt u de optie Aangepast. De voorziening Eenmalige aanmelding kan ook nog worden geïnstalleerd nadat Intel PROSet/Wireless al is geïnstalleerd. Zie Voorziening voor eenmalige aanmelding installeren en verwijderen voor meer informatie.

Ga als volgt te werk om de software te installeren:

  1. Plaats de installatie-cd in het cd-station.

  2. Klik op Software installeren op het scherm Intel PRO Network.

  3. Lees de licentieovereenkomst. Selecteer Ik ga akkoord met de voorwaarden van de licentieovereenkomst en klik op Volgende.

  4. Klik op Aangepast.

  5. Selecteer in de lijst de voorzieningen die u wilt installeren:

Intel PROSet/Wireless: De software van Intel(R) PROSet/Wireless.

Intel Smart Wireless Solutions: Voorziet in een eenvoudige configuratiewizard voor het tot stand brengen van een verbinding met een draadloze router.

Eenmalige aanmelding:  Voorziet in controle voor de beheerder over continue verbindingen en verbindingen vóór de aanmelding.

Hulpprogramma voor beheerders: Voorziet in controle voor de beheerder over wat elke gebruiker kan doen met de draadloze netwerkverbindingen.

  1. Klik op Installeren.

  2. Als de software geïnstalleerd is op de computer, wordt een overzicht van de geïnstalleerde componenten weergegeven.

  3. Klik op OK.

     

    Opmerking: Als u de voorziening Eenmalige aanmelding heeft geïnstalleerd, moet het systeem opnieuw worden opgestart.

     

  1. Klik op Ja om opnieuw te starten.


Voorziening voor eenmalige aanmelding installeren en verwijderen

Bij de voorziening Eenmalige aanmelding zijn de voorzieningen voor continue verbindingen en verbindingen vóór de aanmelding inbegrepen. Standaard worden deze voorzieningen niet geïnstalleerd wanneer de software voor het eerst wordt geïnstalleerd, tenzij u een aangepaste installatie uitvoert. De voorzieningen kunnen echter ook nog worden geïnstalleerd (of verwijderd) nadat Intel PROSet Wireless is geïnstalleerd.

Ga als volgt te werk om de voorzieningen van Eenmalige aanmelding te installeren nadat Intel PROSet/Wireless al is geïnstalleerd:

  1. Klik op Start > Instellingen > Configuratiescherm > Software > Intel PROSet Wireless.

  2. Selecteer Wijzigen.

  3. Selecteer Wijzigen in het scherm Programmaonderhoud.

  4. Klik op Volgende.

  5. Klik op Eenmalige aanmelding. Selecteer Dit onderdeel en alle subonderdelen installeren.  Opmerking: De functie Snelle gebruikerswisseling en het welkomstscherm van Windows XP worden uitgeschakeld wanneer de voorziening voor eenmalige aanmelding wordt geïnstalleerd.

  6. Klik op Wijzigen.

  7. Als de software geïnstalleerd is op de computer, wordt voor de component aangegeven dat deze is geïnstalleerd.

  8. Klik op OK.

U verwijdert de voorziening Eenmalige aanmelding als volgt:

  1. Klik op Start > Instellingen > Configuratiescherm > Software > Intel PROSet Wireless.

  2. Selecteer Wijzigen.

  3. Selecteer Wijzigen in het scherm Programmaonderhoud.

  4. Klik op Volgende.

  5. Klik op Eenmalige aanmelding. Selecteer Deze voorziening niet installeren. Naast het onderdeel wordt een rode x weergegeven.

  6. Klik op Wijzigen.

  7. Als de software is verwijderd van de computer, wordt voor de component aangegeven dat deze niet aanwezig is.

  8. Klik op OK.


Terug naar inhoudsopgave