De Distributed Management Task Force (DMTF) heeft versie 2.0 van de ASF-specificaties (Alert Standard Format) uitgegeven. In de specificaties worden de formaten voor waarschuwingen en interfaces voor besturing op afstand gedefinieerd. De Intel® PRO Alerting Agent geeft, in combinatie met een systeem waarop ASF is ingeschakeld, een IT-beheerder de mogelijkheid om netwerkcomputers op afstand te controleren en te beheren, onafhankelijk van het besturingssysteem.
De twee belangrijkste componenten zijn:
ASF-compatibele clientsystemen, waarvoor ASF Agent-software, ASF-compatibele LOM's of NIC's en systeemsensoren zijn vereist.
Een beheerconsole, waarop de ASF-ondersteuning moet zijn geïntegreerd via het MIB-bestand van ASF of via de ASF Console SDK-softwarestack van Intel. Voor de beheerconsole is geen ASF-compatibele NIC vereist, tenzij het systeem zelf ook wordt gecontroleerd.
ASF voorziet in waarschuwingen op afstand over essentiële gebeurtenissen (zoals oververhitting, elektrische storingen, storingen in ventilatoren en inbreuken op de systeemkast), die worden gedetecteerd door sensoren. Tevens voorziet ASF in waarschuwingen over gebeurtenissen in omgevingen waarin het besturingssysteem afwezig is, bijvoorbeeld wanneer een ongeldig wachtwoord wordt opgegeven, wanneer systeem-heartbeats worden gedetecteerd en wanneer het opstarten van een systeem mislukt.
Wanneer een gebeurtenis wordt waargenomen, wordt een Platform Event Trap (PET) naar de beheerconsole gestuurd. Deze PET-pakketten worden herkend door beheerconsoles zoals LANDesk Configuration Manager en overige leveranciers. Bepaalde beheerconsoles voorzien in functionaliteit voor besturing op afstand, zodat de beheerder onmiddellijk correctieve acties kan uitvoeren wanneer waarschuwingen worden gegenereerd. Raadpleeg de DMTF ASF-specificatie op de website www.dmtf.org voor meer informatie over deze specificaties.
U hebt een computer nodig die aan de volgende vereisten voldoet: ondersteuning van ASF, een ASF-compatibel BIOS, ASF-sensoren die de systeemconditie controleren en een LOM (LAN on Motherboard) of NIC (Network Interface Controller) die ASF ondersteunt.
Software | Beschrijving |
ASF-compatibel stuurprogramma van Intel voor netwerkadapters | Versie 8.0 of later moet zijn geïnstalleerd. |
Microsoft* Windows* Management Instrumentation (WMI) Provider Core | Versie 1.5 of later maakt deel uit van Microsoft Windows XP Professional en Windows 2000. Voor Windows NT* 4.0 kunt u de WMI-software downloaden van www.microsoft.com. |
Intel® PRO Alerting Agent | Wordt geïnstalleerd als onderdeel van het installatieproces. |
ASF levert informatie over de systeemconditie en genereert foutmeldingen, zowel tijdens de normale werking als bij werking met laag energieverbruik en in toestanden waarin het besturingssysteem afwezig is. Tabel 2 geeft een beschrijving van de superset van PET's die afhankelijk van de leverancier beschikbaar zijn. Raadpleeg de gebruikershandleiding van de computer voor informatie over de waarschuwingen die door een specifiek ASF-compatibel platform worden ondersteund.
Waarschuwing | Beschrijving |
Systeemkast: Inbreuk op systeemkast - Schending fysieke beveiliging | De systeemkast is geopend. |
Systeemkast: Inbreuk op systeemkast - Gebeurtenis schending fysieke beveiliging gewist | De waarschuwing over inbreuk op de systeemkast is gewist. |
BIOS: BIOS beschadigd | Het systeem-BIOS is beschadigd. |
Opstarten: Opstarten naar BIOS is mislukt | Bij initiatie kon het systeem-BIOS niet helemaal worden geladen. |
CPU: CPU DOA-waarschuwing | De CPU functioneert niet naar behoren. |
CPU: CPU DOA-waarschuwing gewist | Het CPU-probleem is opgelost. |
Heartbeats: Aanwezigheid entiteit | Periodieke heartbeats die worden verzonden om de aanwezigheid van een client te verifiëren. |
Temperatuur: Algemeen kritiek temperatuurprobleem | Systeemtemperatuur overschrijdt limieten. |
Voltage: Algemeen kritiek voltageprobleem | Het voltage van de geïntegreerde voltageregelaars overschrijdt limieten. |
Voltage: Algemeen kritiek voltageprobleem gewist | Het probleem met het voltage is opgelost. |
Voeding: Kritiek voedingsprobleem | Voltage systeemvoeding overschrijdt limieten. |
Voeding: Kritiek voedingsprobleem gewist | Het probleem met het voltage van de systeemvoeding is opgelost. |
Koelapparaat: Algemene kritieke ventilatorstoring | Snelheid van ventilator (rpm) overschrijdt limieten. |
Koelapparaat: Algemene kritieke ventilatorstoring gewist | Probleem met de snelheid van de ventilator is opgelost. |
Aansluitingen: Verbroken verbinding | Ethernet-verbinding is verloren gegaan. Aansluitingsmogelijkheden worden hersteld. |
![]() |
Opmerking: Niet alle PET-gebeurtenissen worden ondersteund door alle computers. |
De mogelijkheden voor besturing op afstand worden gedefinieerd in zowel de ASF V1.0- als de ASF V2.0-specificaties van de DMTF. In ASF V2.0 is een mate van beveiliging toegevoegd aan RMCP (Remote Monitoring & Control Protocol), zodat de communicatie tussen de beheerconsole en de clients waarop ASF is ingeschakeld, wordt geverifieerd.
Een ASF-beheerconsole kan query's uitvoeren op de clientsystemen en, indien nodig, correctieve acties uitvoeren. De ASF-beheerconsole kan de mogelijkheden en statusinformatie van een ASF-client vaststellen. Bovendien kan de IT-beheerder clients via de beheerconsole op afstand opstarten, uitschakelen of opnieuw starten met verschillende opstartopties. Met ASF 2.0-compatibele clients worden correctieve acties geverifieerd. Hierdoor weet u zeker dat de beheerconsole het enige geverifieerde systeem is dat correctieve acties kan uitvoeren.
De IT-beheerder kan de functionaliteit voor besturing op afstand uitschakelen.
Besturingsmogelijkheid | Beschrijving |
Get System State | Retourneert de huidige systeemstatus. |
Get Client Capabilities | Retourneert de ASF-configuratie van de client, in overeenstemming met de ASF-specificaties van de DMTF. |
Presence Ping | Vergelijkbare functionaliteit (maar ander protocol) met het op ICMP (Internet Control Message Protocol) gebaseerde Ping-programma. Reactie is een Pong die de aanwezigheid van een systeem verifieert. |
Power up | Schakelt het systeem op afstand in. |
Power down | Schakelt het systeem op afstand uit. (Opmerking: gebruikers worden niet gewaarschuwd en niet-opgeslagen werk gaat verloren.) |
Reset | Start het systeem op afstand opnieuw op. (Opmerking: gebruikers worden niet gewaarschuwd en niet-opgeslagen werk gaat verloren.) |
Power Cycle | Schakelt het systeem op afstand uit en direct weer in. (Opmerking: gebruikers worden niet gewaarschuwd en niet-opgeslagen werk gaat verloren.) |
![]() |
Opmerking: Niet alle functies voor besturing op afstand worden ondersteund door alle computers. |
Laatst gewijzigd op 05-09-06 15:14 Revisie 8