Netwerkdiagnose in Verbindingscontrole
|
Verbindingscontrole stelt een diagnose van de status van de netwerkverbinding.
|
|
Er kan een diagnose worden gesteld van bedrade en draadloze netwerkapparaten.
|
1 |
Verbindingscontrole starten |
|
||||||||||||
|
2 |
De diagnostische resultaten van Verbindingscontrole weergeven |
Diagnostische resultaten en vensterbeschrijving
|
|
|
- Nu gaan we het venster voor netwerkconfiguratie bekijken. |
|
Hier wordt de verbindingsconfiguratie van de netwerkapparaten weergegeven.
|
|
Netwerkinformatie over bedraad apparaat
|
Netwerkinformatie over draadloos apparaat
|
|
|
|
Nu gaat u kijken naar een voorbeeld waarin de instellingen voor het draadloze LAN en de WEP-sleutel van het draadloze toegangspunt onjuist zijn. |
|
|
3 |
Een logprofiel binnenhalen |
|
Informatie in het diagnostische logbestand
|
Diagnostisch logbestand maken
Klik op Logbestand maken in het volgende venster
|
|
Het gemaakte logboekbestand wordt opgeslagen als "CFhtmlXXXXX.htm" (at XXXXX: de aanmaakdatum en -tijd) in de volgende map.
|
|
Een loggeschiedenis maken |
|
U kunt de netwerkverbindingen controleren door opties in te stellen.
|
|
Tijdens de diagnose, |
Opmerking:
Als u "Verbinding met internetprovider inschakelen" selecteert, verstuurt ConfigFree een PING-pakket naar elke server.
Als er een reactie terugkomt, beoordeelt het programma of de server beschikbaar is en correct werkt. Sommige servers sturen echter opzettelijk geen PING-pakketten terug. In dat geval kan ConfigFree besluiten dat de server niet functioneert, ook al werkt deze correct.